Reis naar Batoemi

In juni 1999 reisden B. en ik samen door Georgië. Voor de val van de Sovjet-Unie was Georgië, zoals jullie allemaal weten, een populaire vakantiebestemming voor de Sovjetburger. In 1991 werd Georgië geteisterd door een burgeroorlog, met de de-facto afscheiding van Abchazië tot gevolg. In Abchazië ligt de beroemde badplaats Soechoemi. Inmiddels is het Russische toerisme naar die plaats werd op gang gekomen, maar in 1999 was dat nog ondenkbaar. B. en ik kozen voor die andere parel aan de Georgische kust: Batoemi.

Straatbeeld centrum Batoemi

Onze uitvalsbasis was Tiblisi, waar we kwartier hadden genomen bij een uiterst gastvrij, maar straatarm gezin in een buitenwijk. Op de avond van onze tweede dag in Georgië, ons buikje chatsjapoerrie-rond, namen wij plaats in de nachttrein naar Batoemi. Slingerend tussen het prachtige dal tussen twee bergketens, de Kaukasus in het noorden en de Kleine Kaukasus in het zuiden, reed onze intercity met een duizelingwekkende vaart van 30 km/h naar de Zwarte Zeekust.

Opmerkelijk detail in deze trein was het toilet. Jullie hebben allemaal wel eens het ongenoegen gehad je behoefte te moeten doen in een Russische trein. Hoe rein of onrein Russen ook zijn, hun absoluut slechtste kant kun je waarnemen in de openbare toiletten. De geur van ammoniak grijpt je naar keel zodra je een toiletruimte binnenkomt, een reproductie van Kandinski is met uitwerpselen op de wand aangebracht en de ingewanden van een varken ruiken nog beter dan de lucht die uit de met dikke randen aangekoekte wc-pot opstijgt. Zó zag bijvoorbeeld het toilet van het Malyj Theater in Sint-Petersburg eruit, waar ik ooit Eerste-Kamervoorzitter Tjeenk Willink tegen het lijf liep, en wat schaamde ik me tegenover hem toen dood voor “mijn land”.

De toiletten in de treinen zijn allemaal een graadje erger. Larissa – die onlangs nog de Trans-Siberië Express tot Irkoetsk genomen heeft, gaf de voorkeur aan een minimaal dieet van beschuit en water en heeft tijdens de 5 dagen durende reis alles opgehouden dat er eventueel uit zou moeten. Een normaal mens heeft er inderdaad zijn geld en zijn leven voor over om maar naar niet naar die dodelijke vierkante meter met het bordje “spoesk wadie” te hoeven.

Als de Russische treinen zo erg zijn, met welke woorden moet ik dan de wc’s in de Georgische treinen beschrijven? Als je in de lente onder een stralende zon door een glanzend en geurend rozenveldje rent is dát de geur van een Russisch toilet in vergelijking met de moordende kracht van een Georgische plee. Hier bestaan geen verzachtende omstandigheden: hier wordt genocide gepleegd, dit zijn nou misdaden tegen de menselijkheid, dit… dit is het voorportaal van de hel. Ik wil er geen woorden meer aan vuil maken.

Om 7 uur ‘s ochtends arriveerden we in de voorstad Machinjauri. Hier moesten we abrupt de trein verlaten omdat Batoemi ‘tijdelijk’ per trein onbereikbaar was. Een taxi reed ons naar de stad. Links van de weg zagen we vervallen sanatoria, rechts industrie en de blauwe zee. De sanatoria, soms prachtige, oude, houten villa’s met kunstzinnige details, werden dikwijls bewoond door grote groepen vluchtelingen. Overal in Georgië, althans met name in de hoofdstad Tiblisi en hier in de deelrepubliek Adzjarië, stikte het van de mensen die tijdens de burgeroorlog het geweld in Abchazië ontvlucht waren. Hopelijk gaat het daar nu beter. Sjevernadze is afgewisseld door een andere despoot, maar deze heeft tenminste een Nederlandse vrouw! Enfin, Batoemi.

Schip in de haven van Batoemi

Het ging trouwens wel beter met Batoemi sinds ons bezoek. Een half jaar later vond in die stad zelfs het EK schaken plaats. Nederland behaalde toen een zilveren plak achter Rusland!

Goed, het centrum van Batoemi is klein, maar ontzettend schattig. Kleine mediterrane straatjes, huisjes met houten balkonnetjes, winkeltjes en een bazaar